Vragen over de veror­dening stikstof en Natura 2000


Indiendatum: aug. 2011

> deze vragen in .pdf

De Verordening stikstof en Natura 2000 is voor 14 september voor de commissie LCJ geagendeerd.

  1. De verordening is duidelijk een compromis. Wat zou het meest milieuvriendelijke alternatief in dit geval zijn ? Wat zijn (zo concreet mogelijk) de nadelen voor de natuur in Gelderland van de voorgestelde verordening ten opzichte van zo’n milieuvriendelijk scenario ?
    .
  2. Wat is het slechtste dat een waardevol en beschermd natuurgebied (bijvoorbeeld een gevoelig ven, dat waarschijnlijk nu al een te hoge depositie ondervindt) als gevolg van deze verordening kan overkomen ? (Inclusief de toename van emissie van bedrijven in Gelderland op enige afstand van een Natura 2000 gebied die door deze verordening niet meer beperkt worden in hun uitstoot.) Is dit “worst case” scenario ergens uitgewerkt en in de overwegingen meegenomen ?
    .
  3. Wat zal het effect zijn van de verordening op waardevolle natuur die buiten de Natura 2000 gebieden ligt ?
    .
  4. En op Natura 2000 gebieden die dichtbij maar niet in Gelderland liggen ?
    .
  5. Waar is het rapport “Scenarioberekeningen ammoniakdepositie Gelderse Vallei en Korenburgerveen, Aequator Groen en Ruimte, 30 maart 2010” waaraan gerefereerd wordt te vinden ? Waarom is geen linkje vermeld ? Waarom is het niet via internet openbaar toegankelijk ?
    .
  6. Waar is het rapport “Ammoniakdepositie op de Gelderse natuurgebieden in 2004-2009, Alterra, ISSN 1566-7197” waaraan gerefereerd wordt te vinden ? Waarom is geen linkje vermeld ? Waarom is het niet via internet openbaar toegankelijk ?
    .
  7. Wat is het effect van deze verordening, die uitbreiding van veehouderijen toestaat, op andere niet in de notitie genoemde beleidsterreinen, bijvoorbeeld op dierenwelzijn, op aantallen dieren in stallen, en op het klimaatbeleid ?
    .
  8. Zijn de maatschappelijke kosten van de effecten die de verordening op het klimaat(beleid) heeft in de overwegingen die tot het convenant hebben geleid meegenomen, en zo ja, op welke manier ?

Luuk van der Veer
Lid Provinciale Staten van Gelderland
Partij voor de Dieren.

Indiendatum: aug. 2011
Antwoorddatum: 23 aug. 2011

> deze antwoorden in .pdf

Het college is vanzelfsprekend altijd bereid om Statenvragen te beantwoorden. Alvorens wij tot de beantwoording van uw vragen overgaan, willen wij u echter attenderen op het volgende.

In het kader van een goede communicatie richting de burger en een transparant besluitvormingsproces, verzoeken wij u om over een statenvoorstel dat nog niet is behandeld door de Staten in het vervolg vragen te stellen tijdens de hiervoor geëigende momenten, de commissievergadering of de behandeling in de Staten.

De Verordening Stikstof en Natura 2000 Gelderland is voor 14 september voor de commissie LCJ geagendeerd. Indien er daarna naar uw mening zaken nog niet duidelijk zijn, heeft u altijd de mogelijkheid om vragen te stellen.

Antwoorden

  1. De verordening is de uitwerking van het convenant dat op 20 januari 2011 door enkele natuur- en landbouworganisaties en de provincie Gelderland is ondertekend. Hierdoor is de verordening een compromis dat kan rekenen op een breed maatschappelijk draagvlak. Het doel van deze verordening is een bijdrage leveren aan het terugdringen van de stikstofdepositie op de Natura 2000 gebieden door de landbouw en tegelijkertijd ontwikkelingsruimte bieden aan landbouwbedrijven. Gezien deze doelstelling is niet gezocht naar het meest milieuvriendelijke alternatief, maar naar het meest maatschappelijk aanvaardbare alternatief.
    .
  2. De verordening heeft als gevolg dat de depositie van stikstof op dat zeer kwetsbare ven afneemt. Dit uitgangspunt heeft centraal gestaan bij de keuze van de hoogte van de drempelwaarde. Bedrijven die verder af liggen van een Natura 2000 gebied en over het algemeen een depositie hebben beneden de drempelwaarde hoeven geen extra maatregelen te treffen. Daar staat tegenover dat bedrijven die een depositie hebben boven de drempelwaarde alleen maar kunnen uitbreiden met een beperkt deel van de depositie die vrijkomt vanwege stoppende bedrijven, waardoor netto de depositie op het Natura 2000 gebied zal afnemen.
    .
    Een “worst case” scenario is gezien het bovenstaande niet in een scenario uitgewerkt en in de overwegingen meegenomen. Overigens zijn er naast deze verordening ook andere instrumenten die moeten leiden tot een afname van de stikstofbelasting op de natuur. In het kader van het generieke ammoniakbeleid worden eisen gesteld aan de emissie van ammoniak uit met name varkens- en kippenstallen (Besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij). Deze regels gelden dus ook voor bedrijven die op enige afstand van Natura 2000 gebieden liggen.
    .
  3. De verordening richt zich met name op het terugdringen van de depositie van ammoniak uit de landbouw op de Natura 2000 gebieden. Natuur buiten Natura 2000-gebieden, die gevoelig is voor stikstof, wordt beschermd door de Wet ammoniak en veehouderij. In deze natuurgebieden en binnen een zone van 250 meter rondom deze gebieden zijn de ontwikkelingsmogelijkheden voor de intensieve veehouderij zeer beperkt.
    .
  4. De werkingssfeer van de verordening is beperkt tot het grondgebied van de provincie Gelderland. Een Gelders bedrijf dat een significant effect heeft op Natura 2000 gebied in een andere provincie moet ook in die provincie de aanvraag voor een Natuurbeschermingswetvergunning of verklaring van geen bedenkingen indienen.
    .
  5. Dit rapport heeft de natuur- en landbouworganisaties, die betrokken zijn bij de totstandkoming van het convenant, ondersteund in de keuzes voor de hoogte van de drempelwaarde en het afromingspercentage van de depositie afkomstig van gestopte bedrijven. Dit rapport is op aanvraag voor iedereen beschikbaar.
    .
  6. Dit rapport is op aanvraag voor iedereen beschikbaar.
    .
  7. Alle genoemde beleidsterreinen kennen een eigen wettelijk kader dan wel beleid. Uitbreidingen van veehouderijen moeten uiteraard aan deze regels voldoen.
    .
  8. Nee, want de impact van de verordening op ons klimaatbeleid is er niet of nauwelijks.

Gedeputeerde Staten van Gelderland
C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koningin
drs. P.P.L. van Kalmthout - secretaris

Interessant voor jou

Vragen over bekendmakingen ontheffingen Flora- en faunawet

Lees verder

Vragen over het onderzoek Ammoniakdepositie op de Gelderse Natura 2000 gebieden

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer