Schriftelijke vragen over Behandeling ontwerpomgevingsverordening
Indiendatum: apr. 2020
Volgens de oorspronkelijke planning zou de kadernota voor de omgevingsverordening op 1 april beeldvormend worden besproken, op 15 april oordeelsvormend, en 13 mei besluitvormend in de statenvergadering. De planning van het college was:
“Om de geschetste contouren voor de doorontwikkeling van de Gelderse Omgevingsverordening in de periode februari – maart 2020 te bespreken met onze samenwerkingspartners, met de Gelderse gemeenten en waterschappen en met de Staten. Op basis van deze gesprekken werken wij de contouren verder uit in een ontwerp-Omgevingsverordening, die wij naar verwachting in eind april 2020 zullen vaststellen. Na vaststelling zal het ontwerp van de Omgevingsverordening in de periode mei tot en met juni ter visie worden gelegd.”
Dit betekende dat de tekst van de ontwerpomgevingsverordening ten tijde van de besluitvormende vergadering al klaar zou moeten zijn geweest.
De tekst van de kadernota is niet altijd erg concreet. Er wordt gehint op wijzigingen, zonder dat duidelijk wordt hoe die zullen zijn. Terwijl de kadernota wel de basis is voor het opstellen van de omgevingsverordening. Onze fractie had graag gezien dat bijvoorbeeld concreter was aangegeven wat het plan is voor de stiltegebieden (waar we afzonderlijke vragen over hebben gesteld) zodat tijdens de beeldvormende en oordeelsvormende vergadering voor iedereen duidelijk is wat er wel of niet op het spel staat.
In de kadernota staat over regels die geschrapt zullen worden omdat ze overgeheveld worden naar waterschappen en gemeenten:
“Het antwoord op deze vraag vraagt onderzoek. Bij de verdere uitwerking van onze Omgevingsverordening zullen wij duidelijkheid geven over om welke regels het volgens ons gaat.”
Verder staat er ook in:
“Op tal van beleidsterreinen is sprake van dynamiek. Wij onderzoeken de impact van onze regels op die dynamiek.”
Onze fractie wil graag de resultaten van dat onderzoek weten, omdat de uitwerking van de ontwerpomgevingsverordening nu wel in een vergevorderd stadium zal zijn.
In de statenbrief van 25 maart over de gewijzigde planning ten gevolge van het coronavirus staat:
“Omgevingsverordening: Voor het traject Gaan voor Gaaf en de aanpassing van de Omgevingsverordening zoeken we naar een passende invulling van de bijeenkomsten en willen, indien mogelijk, het huidige tijdpad aanhouden. We gaan na wat dit betekent voor het proces en het ter inzage leggen van het ontwerp van de Omgevingsverordening.”
In de prioriteitenlijst van 7 april is dit aangepast: “Zo snel mogelijk na de zomer (september) besluitvorming concept" omgevingsverordening om vervolgens de inspraak in te kunnen.”
Omdat de oorspronkelijk geplande tijd tussen behandelen van de kadernota en het ter inzage leggen van de ontwerpomgevingsverordening maar kort is, is door ambtenaren waarschijnlijk doorgewerkt aan de tekst van de ontwerpomgevingsverordening. In de nieuwe planning is nu meer tijd ontstaan, ook omdat de invoering van de Omgevingswet is uitgesteld.
Onze fractie wil graag dat Provinciale Staten de mogelijkheid hebben om de tekst van de ontwerpomgevingsverordening te bespreken voordat deze ter inzage wordt gelegd. Hierdoor kan de kaderstelling door Provinciale Staten zo concreet mogelijk zijn en hoeven we niet te speculeren en discussiëren over wat er wel of niet tussen de regels door in de kadernota is te lezen.
1. Wat is de uitkomst van de twee genoemde onderzoeken?
2. Bent u bereid de ontwerpomgevingsverordening met Provinciale Staten te delen voorafgaand aan de besprekingen, zodat zo helder mogelijk is waar we over spreken?
Luuk van der Veer
Lid Provinciale Staten van Gelderland
Partij voor de Dieren.
Indiendatum:
apr. 2020
Antwoorddatum: 19 mei 2020
1. Wat is de uitkomst van de twee genoemde onderzoeken?
Antwoord:
Deze zoektocht en dit onderzoek is nog steeds gaande en zal de komende tijd gaande zijn. Dit ook omdat wij van mening zijn dat de daadkracht die de situatie rondom COVID-19 van ons vraagt te meer de noodzaak onderstreept om de provinciale regels scherp tegen het licht te houden en samen met u te beoordelen of de voorgestelde doorontwikkeling robuust is, ook in het licht van de – mogelijke – gevolgen van COVID-19.
2. Bent u bereid de ontwerpomgevingsverordening met Provinciale Staten te delen voorafgaand aan de besprekingen, zodat zo helder mogelijk is waar we over spreken?
Antwoord:
Ja, zeker zijn wij dat. Het gesprek over de Kadernota wordt, met enig uitstel, in mei in uw Staten gevoerd. Het streven is om voor de zomervakantie het concept van de Omgevingsverordening gereed te hebben, zodat we deze eind juni/begin juli informeel met uw Staten kunnen delen en bespreken.
De documenten met vragen en antwoorden zijn ook gepubliceerd op de website van de Provincie Gelderland.
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen over Stiltegebieden
Lees verderMede-ingediende schriftelijke vragen over Orange the World 2020 in Nederland
Lees verder