Schrif­te­lijke vragen over geheim­houding juridisch advies wind­energie


Indiendatum: mrt. 2017

In de Statenbrief “Rondvraag over windenergie in Zaltbommel en Apeldoorn” is sprake van een antwoord van de huisadvocaat op de vraag of Provinciale Staten al dan niet verplicht zijn tot het vaststellen van een inpassingsplan. Dinsdagavond 28 februari heeft onze fractie gevraagd of het rapport van de huisadvocaat op het Stateninformatiesysteem kon worden gezet, zodat de Statenleden er kennis van kunnen nemen. Al spoedig, op donderdag 2 maart, kregen we bericht dat Gedeputeerde Staten hadden besloten het onder geheimhouding bij de griffie ter inzage te leggen.

Het onder geheimhouding ter inzage leggen van stukken is een tamelijk zware procedure. Gedeputeerde Staten moeten er een besluit voor nemen. Statenleden moeten naar het provinciehuis reizen om de stukken in te kunnen zien. Ze moeten er voor tekenen. Er moet iemand van de griffie aanwezig zijn. Er mag geen foto of kopie gemaakt worden. Statenleden lopen het risico op vervolging als ze onbedoeld toch iets openbaar maken uit de stukken. De informatie kan niet binnen de fractie besproken worden met leden die niet ook hebben getekend. De media kunnen geen kennis nemen van de informatie. Het niet openbaar maken, maar geheim houden van een advies is dus iets waar terughoudend mee om moet worden gegaan.

In de Statenbrief, op de website, en in enkele artikelen in de media staat al wel informatie die zo te zien ook uit het antwoord van de huisadvocaat afkomstig is. Het is de vraag wat er dan nog geheim is in het antwoord.

  1. Gedeputeerde Staten kunnen volgens artikel 25 lid 2 van de Provinciewet geheimhouding opleggen op grond van een belang genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur. Op grond van welk van de genoemde belangen is het document van de huisadvocaat geheim ?
  2. Kunt u in de procedure opnemen dat de reden van geheimhouding vermeld wordt, bijvoorbeeld in een aparte begeleidende brief ?
  3. Is het geheime stuk overlegd aan “Provinciale Staten”, of is het overlegd aan “leden van Provinciale Staten” ? (Dit is volgens artikel 25 van de Provinciewet van invloed op de manier waarop de geheimhouding kan vervallen.)
  4. Kunt u in de procedure opnemen dat in een begeleidende brief wordt vermeld (om misverstanden te voorkomen) of het stuk overlegd wordt aan “Provinciale Staten” of aan “leden van Provinciale Staten”, en via welk lid van artikel 25 van de provinciewet de geheimhouding kan komen te vervallen ?
  5. De circulaire over de Wettelijke regeling inzage geheimhouding behandelt in paragraaf 3.3 ook de situatie van informatie waarover geen geheimhouding (meer) is opgelegd, maar die (nog) niet openbaar kan worden gemaakt. Gaat het bij het advies van de huisadvocaat misschien eigenlijk om zo’n situatie ?
  6. Op 6 januari 2016 heeft de griffie een ander juridisch advies ontvangen (met datum 23-12-2015 met als onderwerp het plussenbeleid) zodat Provinciale Staten daarvan kennis zouden kunnen nemen. Het is “met een slotje” (zodat een wachtwoord nodig is) op het Stateninformatiesysteem geplaatst, onder nummer PS2016-19. Dat is lastig, want het stuk is met de zoekfunctie niet terug te vinden, als men er niet aan denkt in te loggen. Is dit een voorbeeld van een document zoals bedoeld bij de vorige vraag, waarover geen geheimhouding is opgelegd, maar dat ook nog niet openbaar kon worden gemaakt ?
  7. Kan het juridisch advies over het plussenbeleid inmiddels openbaar worden gemaakt, en kan het slotje van het stuk af ?
  8. Kan op wetenschappelijke of juridische adviezen die de provincie aanvraagt ook auteursrecht van toepassing zijn, dat openbaarmaking moeilijk zou kunnen maken ? Zo ja, spreekt de provincie bij het aanvragen van extern advies af dat auteursrecht geen belemmering mag vormen voor openbaarmaking ?
  9. Heeft de provincie ook een kwaliteitssysteem, waarin duidelijk de procedures vermeld staan om te besluiten op welke manier informatie met Provinciale Staten actief of passief kan worden gedeeld ? Zo ja, kunnen de procedures in dat kwaliteitssysteem openbaar worden gemaakt, met name de procedures waar ook Provinciale Staten of Statenleden bij betrokken zijn ?

Luuk van der Veer
Lid Provinciale Staten van Gelderland
Partij voor de Dieren

-> de vragen en antwoorden als pdf vindt u hier

Indiendatum: mrt. 2017
Antwoorddatum: 4 apr. 2017

Vraag 1:
Gedeputeerde Staten kunnen volgens artikel 25 lid 2 van de Provinciewet geheimhouding opleggen op grond van een belang genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur. Op grond van welk van de genoemde belangen is het document van de huisadvocaat geheim?

Antwoord:
Het belang waarvoor in dit geval geheimhouding is opgelegd is het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke of rechtspersonen dan wel van derden (artikel 10, tweede lid onder g van de Wet openbaarheid van bestuur). Meer concreet gaat het hier om het goed kunnen functioneren van het openbaar bestuur waarbij een noodzaak bestaat van vertrouwelijkheid van het beraad binnen bestuurscolleges en adviesinstanties waaronder ook de huisadvocaat moet worden gerekend.

Vraag 2:
Kunt u in de procedure opnemen dat de reden van geheimhouding vermeld wordt, bijvoorbeeld in een aparte begeleidende brief?

Antwoord:
Ja.

Vraag 3:
Is het geheime stuk overlegd aan “Provinciale Staten”, of is het overlegd aan “leden van Provinciale Staten”? (Dit is volgens artikel 25 van de Provinciewet van invloed op de manier waarop de geheimhouding kan vervallen.)

Antwoord:
Het advies is overgelegd aan de leden van Provinciale Staten.

Vraag 4:
Kunt u in de procedure opnemen dat in een begeleidende brief wordt vermeld (om misverstanden te voorkomen) of het stuk overlegd wordt aan “Provinciale Staten” of aan “leden van Provinciale Staten”, en via welk lid van artikel 25 van de provinciewet de geheimhouding kan komen te vervallen?

Antwoord:
Ja.

Vraag 5:
De circulaire over de Wettelijke regeling inzage geheimhouding behandelt in paragraaf 3.3 ook de situatie van informatie waarover geen geheimhouding (meer) is opgelegd, maar die (nog) niet openbaar kan worden gemaakt. Gaat het bij het advies van de huisadvocaat misschien eigenlijk om zo’n situatie?

Antwoord:
Nee, in dit geval gaat het om een stuk waaromtrent geheimhouding is opgelegd.

Vraag 6:
Op 6 januari 2016 heeft de griffie een ander juridisch advies ontvangen (met datum 23-12-2015 met als onderwerp het plussenbeleid) zodat Provinciale Staten daarvan kennis zouden kunnen nemen. Het is “met een slotje” (zodat een wachtwoord nodig is) op het Stateninformatiesysteem geplaatst, onder nummer PS2016-19. Dat is lastig, want het stuk is met de zoekfunctie niet terug te vinden, als men er niet aan denkt in te loggen. Is dit een voorbeeld van een document zoals bedoeld bij de vorige vraag, waarover geen geheimhouding is opgelegd, maar dat ook nog niet openbaar kon worden gemaakt?

Antwoord:
Nee, het gaat in dit geval om een stuk dat van een “slotje” is voorzien en door de huisadvocaat als vertrouwelijk is aangemerkt. Voor dergelijke vertrouwelijke stukken geldt de geheimhoudingsplicht ook.

Vraag 7:
Kan het juridisch advies over het plussenbeleid inmiddels openbaar worden gemaakt, en kan het slotje van het stuk af?

Antwoord:
Nee, zie het antwoord op vraag 1.

Vraag 8:
Kan op wetenschappelijke of juridische adviezen die de provincie aanvraagt ook auteursrecht van toepassing zijn, dat openbaarmaking moeilijk zou kunnen maken? Zo ja, spreekt de provincie bij het aanvragen van extern advies af dat auteursrecht geen belemmering mag vormen voor openbaarmaking?

Antwoord:
Openbaarmaking van informatie waarop auteursrechtelijke bescherming rust kan onder omstandigheden met een beroep op artikel 10, tweede lid onder g van de Wet openbaarheid van bestuur worden geweigerd. De provincie maakt bij het inwinnen van adviezen in de regel geen afspraken over het auteursrecht op die adviezen en dat is ook niet nodig. Vanwege de vertrouwelijkheid van het beraad tussen de bestuurscolleges en de adviesinstanties, waarvoor de adviezen zijn bedoeld, is er voor de adviseurs immers geen noodzaak een beroep te doen op het auteursrecht op die adviezen. Zie verder het antwoord op vraag 1.

Vraag 9:
Heeft de provincie ook een kwaliteitssysteem, waarin duidelijk de procedures vermeld staan om te besluiten op welke manier informatie met Provinciale Staten actief of passief kan worden gedeeld? Zo ja, kunnen de procedures in dat kwaliteitssysteem openbaar worden gemaakt, met name de procedures waar ook Provinciale Staten of Statenleden bij betrokken zijn?

Antwoord:
Voor een dergelijk kwaliteitssysteem bestaat geen noodzaak omdat de aangelegenheid van het actief en passief openbaren van informatie aan Uw Staten in artikel 167 van de Provinciewet is geregeld.

Gedeputeerde Staten van Gelderland
C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning
P.G.G. Hilhorst - secretaris

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen over wilde zwijnen Heukelum

Lees verder

Schriftelijke vragen over "Het witte lint"

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer