Schrif­te­lijke vragen De Peking­eenden van Gelderland: vragen n.a.v. Zembla-uitzending van 10 maart 2024


Indiendatum: 14 mrt. 2024

Op zondag 10 maart jl zond NPO2 de Zembla-reportage “De Pekingeenden van Gelderland”[1] uit over de Gelderse vleeseendensector. De drie hoofdthema’s van deze uitzending waren: stikstofuitstoot en “slapende natuurvergunningen”, dierenleed en de sleutelrol van eendenslachterij Tomassen Duck-To.

Stikstof en slapende natuurvergunningen

Gelderland telt 33 eendenhouderijen met een natuurvergunning. Deze bedrijven concentreren zich rond de Noordwest Veluwe waardoor maar liefst 7% van hun stikstofemissie in de beschermde natuur terechtkomt. Ter vergelijk: voor de rundveesector is dat percentage 4%.[2] De grootste uitstoter is de Duck-To Farm in Ermelo, die met 40.000 eenden jaarlijks 10.800 kilo ammoniak uitstoot.
Uit een belronde van Zembla langs de Gelderse eendenhouderijen blijkt dat nog maar 11 van de 33 vergunde bedrijven actief zijn. De 22 gestopte bedrijven hebben een “slapende vergunning” en zijn vrij om hun stikstofruimte op de markt aan te bieden aan geïnteresseerden. Bij doorverkoop van die stikstofruimte zal de feitelijke stikstofemissie toenemen. Eén eendenhouderij heeft haar stikstofruimte inmiddels doorverkocht aan de Schiphol Group.

Gedeputeerde Ans Mol verklaarde tijdens de Zembla-uitzending een vermoeden te hebben welke eendenhouderijen niet meer actief zijn, maar zei niet precies te weten om welke bedrijven het gaat. Het college is volgens de gedeputeerde bezig om een en ander verder uit te zoeken, om te voorkomen dat stikstofruimte op papier opnieuw wordt ingezet.

Op de vraag van Zembla waarom het college de slapende vergunningen niet gewoon intrekt, antwoordde de gedeputeerde dat daaraan wordt gewerkt, maar dat dat niet eenvoudig is. Volgens de gedeputeerde moet je eigenlijk meteen actie ondernemen bij de stopzetting van een bedrijf.

Stichting MOB kondigde voor de camera aan intrekkingsverzoeken te zullen indienen bij de provincie Gelderland en indien nodig naar de rechter te zullen stappen.

Dierenleed

In de potdichte stallen van de Gelderse eendenhouderijen leiden eenden een kort en ellendig leven. Ze zien nooit daglicht en kunnen niet eens fundamenteel soorteigen gedrag vertonen, zoals zich “poetsen” in badwater en hun snavel dippen in drinkwater. Drie Gelderse eendenhouderijen zijn bovendien beboet voor ernstige dierenwelzijnsovertredingen naar aanleiding van undercoverbeelden van Animal Rights.[3] In het AD van 13 maart 2024[4] lezen we dat Animal Rights nu strafvervolging eist tegen Tomassen Duck-To vanwege herhaaldelijke overtredingen op een eendenboerderij in Hierden waartegen onder meer de provincie Gelderland niet handhavend is opgetreden.

Volgens Bas Rodenburg, hoogleraar Dierenwelzijn aan de UU, zijn er in de Gelderse eendenhouderij nog veel stappen te maken op het gebied van dierenwelzijn. Dat het houden van eenden met respect voor het soorteigengedrag van deze dieren wel degelijk mogelijk is, blijkt uit de opnames van Zembla bij eendenbedrijven in het Verenigd Koninkrijk.

Sleutelrol van eendenslachterij Duck-To
Eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo heeft de volledige regie over de Nederlandse eendensector. De uitbreiding van de slachtcapaciteit van Duck-To naar 8 miljoen eenden in 2016, luidde het begin in van een eindeloos hoofdpijndossier waarin stank- en geluidsoverlast, wantoestanden met vergunningen, en het niet respecteren van dierenwelzijnseisen aan de orde van de dag zijn.[5]
De gemeente Ermelo speelt hierin een twijfelachtige rol: de gemeente aarzelt tussen handhaven en legaliseren, draait dwangsommen terug en heeft zelfs een intentieverklaring ondertekend waarin de gemeente zichzelf verplicht zich maximaal in te spannen om de benodigde vergunningen te verlenen aan Duck-To.
Ondanks deze opeenstapeling van wantoestanden vindt de provincie Gelderland het nog te vroeg voor indeplaatsstelling van de gemeente Ermelo. Wel gaat de provincie de interventieladder uit het Algemeen kader indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing volgen en met ambtenaren van de gemeente in gesprek om informatie te verzamelen.[6]

In verband hiermee stellen wij u de volgende vragen:

Stikstof en slapende vergunningen

  1. Heeft de Zembla-aflevering “De Pekingeenden van Gelderland” u nieuwe inzichten opgeleverd? Zo ja, welke?

    Antwoord:
    Nee. Voor de uitzending van de Zembla-aflevering waren wij intern ook al bezig met het thema latente ruimte in vergunningen.
  2. Hoe kan het dat de provincie niet exact in beeld heeft welke eendenhouderijen in Gelderland zijn gestopt en een slapende natuurvergunning hebben?

    Antwoord:
    Wij hebben op dit moment nog geen overzicht van alle bedrijven in de provincie en de vergunningen die daaraan zijn verleend en wij hebben geen algemeen overzicht op welke wijze veehouders gebruik maken van deze vergunning. Vergunninghouders zijn niet verplicht om ons te melden als zij gestopt zijn met hun bedrijfsactiviteiten.
  3. Waarom heeft de provincie niet, net zoals Zembla, een belrondje langs de Gelderse eendenhouderijen gemaakt om het aantal slapende vergunningen in beeld te krijgen?

    Antwoord:
    Zoals in de beantwoording van vraag 1 al aangegeven, zijn wij intern al bezig met het opstellen van beleid rondom latente ruimte, waarin een andere aanpak zal worden toegepast. Daarnaast is dit niet onze manier van toezicht houden, omdat dit niet voldoende informatie geeft om toezicht te kunnen houden. Het uitvoeren van toezicht omvat meer dan het doen van een belronde langs de Gelderse eendenhouderijen. Het uitvoeren van toezicht omvat onder meer het in beeld brengen van de referentiesituatie, veelal (meerdere) fysieke controle(s) en het bieden van inspraakmogelijkheden. Informatie die achterhaald kan worden aan de hand van een belronde is onvoldoende om, ingrijpende, instrumenten zoals handhaving of het intrekken van vergunningen in te zetten. Wij vinden het noodzakelijk dat de inzet van deze instrumenten met zorgvuldigheid geschiedt.
  4. Waarom is het lastig om slapende vergunningen in te trekken? En is het intrekken van slapende vergunningen net zo lastig als het intrekken van latente stikstofruimte? Graag een toelichting.

    Antwoord:
    Om een natuurvergunning ambtshalve in te trekken is een belangenafweging nodig en bewijs dat de natuurvergunning daadwerkelijk niet meer in gebruik is en er ook geen plannen zijn om deze weer in gebruik te nemen. Een vergunning maakt deel uit van het bestaansrecht van een bedrijf. Het intrekken daarvan kan grote gevolgen hebben als er niet voldoende is onderzocht en bewezen dat deze vergunning daadwerkelijk niet meer in gebruik is en in gebruik genomen zal worden. Het intrekken van latente ruimte valt ook onder het intrekken van slapende vergunningen.
  5. Interpreteren wij de reactie van gedeputeerde Mol, in de uitzending, goed als we daaruit opmaken dat uw college bezig is een intrekkingsbeleid voor slapende vergunningen op te stellen? Zo ja, hoe ver bent u daarmee?

    Antwoord:
    Ja, dat interpreteert u goed. We zijn momenteel bezig om het toekomstige beleid vorm te geven. De planning is wij dit voor de zomer behandelen en vervolgens uw Staten informeren (zoals door de portefeuillehouder is aangegeven in Statenvergadering van 6 maart 2024).
  6. Indien ‘nee’ op voorgaande vraag: wat bedoelde gedeputeerde Mol dan met “Wij willen weten (…) welke vergunningen zijn ooit verleend en niet meer actief. Daar zijn we wel mee bezig om dat verder uit te zoeken” en “Je wil wel voorkomen (…) dat die ruimte opnieuw op papier wordt gecreëerd om in te zetten. En dat is niet het gene wat wij beogen”?

    Antwoord:
    Zie het antwoord op vraag 5.
  7. Wat bedoelt de gedeputeerde met haar uitspraak dat je “meteen actie moet ondernemen bij de stopzetting van een bedrijf”?

    Antwoord:
    Wij willen sneller kunnen handelen wanneer een bedrijf stopt om te voorkomen dat mogelijke latente ruimte opnieuw wordt benut. Bijvoorbeeld als een bedrijf stopt en de milieuvergunning en/of het bestemmingsplan wordt aangepast ook de natuurvergunning aan te passen/ in te trekken.
  8. Bent u ervan op de hoogte dat de provincie Brabant momenteel beleid maakt voor het intrekken van latente (stikstof)ruimte? Zo ja, in hoeverre gebruikt de provincie Gelderland de Brabantse plannen als input om zelf aan intrekkingsbeleid te werken?

    Antwoord:
    Wij overleggen regelmatige met andere provincies en informeren elkaar over beleid. We maken gebruik van elkaars ervaring en expertise om vervolgens passend binnen de eigen provincie (en altijd in overeenstemming met geldende regels) beleid te formuleren.
  9. Zijn we al in de situatie beland dat het intrekken van vergunningsruimte de enige passende maatregel is om verdere verslechtering van de natuur tegen te gaan?[7] Zo nee, welke effectieve en bewezen bronmaatregelen neemt de provincie momenteel om binnen afzienbare tijd een noodzakelijke daling van de stikstofdepositie te realiseren?

    Antwoord:
    Nee, het intrekken van vergunningsruimte is niet de enige passende maatregel om verdere verslechtering van de natuur tegen te gaan. Voor sommige gebieden en habitattypen geldt wel dat er nog niet voldoende effectieve bronmaatregelen genomen worden die binnen afzienbare tijd een noodzakelijke daling van stikstofdepositie realiseren. U zult in mei van dit jaar worden geïnformeerd over de voortgang van de Gelderse Maatregelen Stikstof (GMS). Daarnaast werken wij in samenwerking met het Rijk aan bronmaatregelen die onderdeel zullen zijn van het gebiedsprogramma voor Gelderland onder het Nationaal Programma Landelijk Gebied van het Rijk.
  10. Wat bedoelde gedeputeerde Mol tijdens de Statenvergadering van 6 maart 2024 met haar antwoord op een vraag van de Partij voor de Dieren dat “het niet onze bedoeling is om actief vergunningen in te trekken”?[8]

    Antwoord:
    Het is niet de bedoeling om actief vergunningen in te trekken welke nog in gebruik zijn. Slapende vergunningen willen we wel actief intrekken. Daar wordt momenteel beleid voor opgesteld.
  11. Gaat de provincie de slapende vergunningen van de eendenhouderijen ambtshalve intrekken of wacht zij de intrekkingsverzoeken van Stichting MOB af? En laat de provincie het vervolgens aankomen op een rechterlijke uitspraak?

    Antwoord:
    Wij willen ons niet laten leiden door intrekkingsverzoeken van derden, maar hebben er ook geen invloed op wanneer deze worden ingediend en wij hier een besluit op moeten nemen. Wij zijn voornemens beleid op te stellen voor het intrekken van slapende vergunningen en zullen hier dan mee aan de slag gaan.
  12. Was de provincie ervan op de hoogte dat een Gelderse eendenhouderij haar stikstofruimte heeft doorverkocht aan de Schiphol Group? Zo ja, is de vergunning van de betreffende eendenhouderij ingetrokken?

    Antwoord:
    Ja, er is namens het bedrijf een intrekkingsverzoek ingediend. Nee, er is nog geen besluit genomen op dit intrekkingsverzoek.
  13. Mocht de provincie de slapende vergunningen van de gestopte eendenhouderijen intrekken, kunnen de betreffende eendenhouderijen dan nog steeds de markt op om hun stikstofruimte te verkopen? Zo ja, hoe zou de provincie dit kunnen voorkomen?

    Antwoord:
    Nee. Als een vergunning is ingetrokken is de stikstofruimte die aan de vergunde activiteit was verbonden ook niet meer beschikbaar (stikstofruimte is alleen met een vergunning als ‘drager’ aan een ander over te dragen, het bestaat niet zelfstandig).
  14. Is de Duck-To Farm in Ermelo, die jaarlijks 10.800 kilo ammoniak uitstoot, een piekbelaster? Zo ja, heeft deze Farm zich al aangemeld voor een landelijke beëindigingsregeling of andere (provinciale) regeling? Zo nee, voert de provincie gesprekken met dit bedrijf?

    Antwoord:
    De vestiging van Duck-To Farm aan de Harderwijkerweg in Ermelo betreft inderdaad een piekbelaster. Het bedrijf heeft zich niet aangemeld voor een landelijke beëindigingsregeling of andere (provinciale) regeling. Wij zijn hierover ook niet in gesprek met dit bedrijf.
  15. Zijn of worden er Gelderse eendenbedrijven betrokken bij (toekomstige) gebiedsprocessen met het oog op natuurverbetering en verbetering van de leefbaarheid in het landelijk gebied? Zo nee, waarom niet?

    Antwoord:
    Als er eendenhouderijen liggen in gebieden waar gebiedsprocessen zijn gepland, dan worden deze bedrijven, net zoals andere bedrijven betrokken bij deze gebiedsprocessen.
  16. Waarom is de provincie Gelderland niet handhavend opgetreden tegen de eendenboerderij van Duck-To in Hierden die stelselmatig te veel eenden hield en daarmee de Wet Natuurbescherming heeft overtreden?

    Antwoord:
    Zoals eerder toegelicht hechten wij grote waarde aan het feit dat instrumenten zoals handhaving ingezet worden met de nodige zorgvuldigheid, om die reden is het noodzaak de feitelijke situatie in kaart te brengen.
    In 2023 zijn wij gestart met het in kaart brengen van de feitelijke situatie rondom de eendenboerderij van Duck-To te Hierden. Dit hebben wij gedaan door middel van fysieke controles, het in kaart brengen van de bestaande toestemmingen en het opvragen van gegevens van derden.
    Recentelijk heeft het bedrijf ons gewezen op informatie waaruit blijkt dat geen sprake is van een overtreding van de Wet natuurbescherming. Gelet op het ontbreken van een overtreding zullen wij afzien van handhavend optreden. Voor de eventuele overige handhavingstrajecten is niet GS maar het college van B&W Harderwijk bevoegd.

    Dierenleed
  17. Vindt u dat de Gelderse eendenhouderij een dierwaardige sector is waarop Gelderland trots kan zijn?

    Antwoord:
    Wij zijn trots op onze boeren en tuinders. Gelderse boeren en tuinders zijn belangrijk voor de productie van ons voedsel, voor de economie en voor de leefbaarheid op het platteland. Dat geldt dus ook voor de eendenhouderij. Hierbij gaan wij er vanuit dat elke boer en tuinder zich houdt aan de wet. Voor welzijnseisen van dieren moet de ondernemer zich houden aan de Wet dieren. De NVWA houdt hier toezicht op.
  18. Bent u het met Bas Rodenburg, hoogleraar Dierenwelzijn aan de UU, eens dat er in de Gelderse eendenhouderij nog veel stappen kunnen worden gemaakt op het gebied van dierenwelzijn?

    Antwoord:
    Wij nemen kennis van dit standpunt. We zijn op de hoogte van het advies van de Raad voor Dierenaangelegenheden over de zes leidende principes dierwaardige veehouderij, dat is afgegeven voor de aanpassing van de Wet Dieren. Gelderse eendenhouders kunnen binnen deze context zonodig stappen ondernemen. Wij zijn daarin geen bevoegd gezag. Wel geven wij in onze omgevingsverordening met ons Plussenbeleid en met het geitenmoratorium ruimte aan dierwelzijn.
  19. Wat vond u van de opnames van Zembla bij de eendenbedrijven in het Verenigd Koninkrijk? Zouden deze volgens u als inspirerend voorbeeld kunnen dienen voor een meer dierwaardige eendenhouderij in Gelderland?

    Antwoord:
    Wij zijn blij met ondernemende boeren en tuinders, die onderzoeken hoe hun bedrijfsvoering verduurzaamd kan worden, ook als het gaat om dierwaardigheid. Dit steunen wij met regelingen zoals Innovatie Agrifood of Innovatieve Concepten. Het is niet aan ons, maar aan de sector om op dat gebied onderzoek te doen en initiatieven voor te stellen. Wij moedigen boeren en tuinders aan om inspiratie op te doen bij praktijkvoorbeelden elders. Het delen van kennis van innovaties is vaak een voorwaarde voor provinciale steun.
  20. Welke meekoppelkansen ziet u voor een meer dierwaardige eendensector in het kader van het VLGG?

    Antwoord:
    In het NPLG wordt kaderstelling dierwaardige veehouderij gezien als één van de meekoppelkansen bij de provinciale PPLG’s. Hiervoor worden geen financiële middelen beschikbaar gesteld vanuit het rijk. Wij hebben geen plannen om in ons VLGG aanvullende provinciale kaders te stellen. Dit betekent niet, dat we een dierwaardige veehouderij niet belangrijk vinden. Zoals bij antwoorden op de vragen 18 en 19 aangegeven, ondersteunen wij het dierwaardig inrichten van bedrijven en geven wij hiervoor ruimte. Het is belangrijk om op bedrijfsniveau te kijken welke inspanningen gepleegd kunnen worden, ook straks bij uitvoering van het VLGG. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat huisvesting van dieren met een vrije uitloop op gespannen voet staat met de gewenste emissiereductie.

    Sleutelrol van eendenslachterij Duck-To
  21. Kunt u ons een update geven van het verloop van de gesprekken tussen de provincie Gelderland en ambtenaren van de gemeente Ermelo in het kader van de interventieladder uit het Algemeen kader indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing? Zo nee, wanneer verwacht u PS over deze gesprekken te kunnen informeren?

    Antwoord:
    Wij zijn inmiddels gestart met het IBT-onderzoek. Wij zullen uw Staten informeren als het onderzoek is afgerond.
  22. Heeft de reportage van Zembla u tot andere inzichten gebracht wat betreft een eventuele indeplaatsstelling van de gemeente Ermelo? Gaag een toelichting.

    Antwoord:
    Nee. Wij onderzoeken zelf het handelen van de gemeente rond het bedrijf Tomassen Duck-to.
  23. Hoe lang kan de gemeente Ermelo volgens u nog doorgaan met Duck-To de hand boven het hoofd te houden?

    Antwoord:
    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo heeft een last onder dwangsom opgelegd vanwege de illegale situatie bij het bedrijf. Daar staat tegenover dat de gemeente ook verplicht is te onderzoeken of de situatie bij het bedrijf kan worden gelegaliseerd. De gemeente Ermelo moet als het bevoegd gezag de vergunningaanvraag van het bedrijf beoordelen.
  24. Kunt u lopende het onderzoek van de provincie Gelderland naar de gang van zaken rondom Tomassen Duck-to voorkomen dat de gemeente Ermelo besluiten neemt aangaande de eendenslachterij, waaronder vergunningen? Zo ja, bent u bereid dat te doen?

    Antwoord:
    Nee.


[1] https://npo.nl/start/serie/zembla/seizoen-2024/zembla_102/afspelen

[2] Uit de Zembla-uitzending blijkt dat In totaal voor 129.000 kilo aan stikstofemissie is vergund aan de Gelderse eendensector.

[3] https://www.animalrights.nl/stop-de-slacht/eenden

[4] https://www.ad.nl/harderwijk/animal-rights-eist-strafvervolging-na-overtredingen-op-eendenboerderij-in-hierden~a1efab04/

[5] https://gelderland.partijvoordedieren.nl/nieuws/eendenslachterij-duck-to-in-ermelo-hel-voor-dieren-en-tikkende-tijdbom

[6] https://www.gelderland.nl/nieuws/provincie-neemt-taken-ermelo-niet-over-gaat-wel-onderzoeken

[7] https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@124083/201907146-1-r2/

[8] https://gelderland.notubiz.nl/vergadering/1161922 - 10:12:50

Danielle van de Weerd (Partij voor de Dieren)

Carla Claassen (SP)

Indiendatum: 14 mrt. 2024
Antwoorddatum: 18 apr. 2024

Op zondag 10 maart jl zond NPO2 de Zembla-reportage “De Pekingeenden van Gelderland”[1] uit over de Gelderse vleeseendensector. De drie hoofdthema’s van deze uitzending waren: stikstofuitstoot en “slapende natuurvergunningen”, dierenleed en de sleutelrol van eendenslachterij Tomassen Duck-To.

Stikstof en slapende natuurvergunningen

Gelderland telt 33 eendenhouderijen met een natuurvergunning. Deze bedrijven concentreren zich rond de Noordwest Veluwe waardoor maar liefst 7% van hun stikstofemissie in de beschermde natuur terechtkomt. Ter vergelijk: voor de rundveesector is dat percentage 4%.[2] De grootste uitstoter is de Duck-To Farm in Ermelo, die met 40.000 eenden jaarlijks 10.800 kilo ammoniak uitstoot.
Uit een belronde van Zembla langs de Gelderse eendenhouderijen blijkt dat nog maar 11 van de 33 vergunde bedrijven actief zijn. De 22 gestopte bedrijven hebben een “slapende vergunning” en zijn vrij om hun stikstofruimte op de markt aan te bieden aan geïnteresseerden. Bij doorverkoop van die stikstofruimte zal de feitelijke stikstofemissie toenemen. Eén eendenhouderij heeft haar stikstofruimte inmiddels doorverkocht aan de Schiphol Group.

Gedeputeerde Ans Mol verklaarde tijdens de Zembla-uitzending een vermoeden te hebben welke eendenhouderijen niet meer actief zijn, maar zei niet precies te weten om welke bedrijven het gaat. Het college is volgens de gedeputeerde bezig om een en ander verder uit te zoeken, om te voorkomen dat stikstofruimte op papier opnieuw wordt ingezet.

Op de vraag van Zembla waarom het college de slapende vergunningen niet gewoon intrekt, antwoordde de gedeputeerde dat daaraan wordt gewerkt, maar dat dat niet eenvoudig is. Volgens de gedeputeerde moet je eigenlijk meteen actie ondernemen bij de stopzetting van een bedrijf.

Stichting MOB kondigde voor de camera aan intrekkingsverzoeken te zullen indienen bij de provincie Gelderland en indien nodig naar de rechter te zullen stappen.

Dierenleed

In de potdichte stallen van de Gelderse eendenhouderijen leiden eenden een kort en ellendig leven. Ze zien nooit daglicht en kunnen niet eens fundamenteel soorteigen gedrag vertonen, zoals zich “poetsen” in badwater en hun snavel dippen in drinkwater. Drie Gelderse eendenhouderijen zijn bovendien beboet voor ernstige dierenwelzijnsovertredingen naar aanleiding van undercoverbeelden van Animal Rights.[3] In het AD van 13 maart 2024[4] lezen we dat Animal Rights nu strafvervolging eist tegen Tomassen Duck-To vanwege herhaaldelijke overtredingen op een eendenboerderij in Hierden waartegen onder meer de provincie Gelderland niet handhavend is opgetreden.

Volgens Bas Rodenburg, hoogleraar Dierenwelzijn aan de UU, zijn er in de Gelderse eendenhouderij nog veel stappen te maken op het gebied van dierenwelzijn. Dat het houden van eenden met respect voor het soorteigengedrag van deze dieren wel degelijk mogelijk is, blijkt uit de opnames van Zembla bij eendenbedrijven in het Verenigd Koninkrijk.

Sleutelrol van eendenslachterij Duck-To
Eendenslachterij Tomassen Duck-To in Ermelo heeft de volledige regie over de Nederlandse eendensector. De uitbreiding van de slachtcapaciteit van Duck-To naar 8 miljoen eenden in 2016, luidde het begin in van een eindeloos hoofdpijndossier waarin stank- en geluidsoverlast, wantoestanden met vergunningen, en het niet respecteren van dierenwelzijnseisen aan de orde van de dag zijn.[5]
De gemeente Ermelo speelt hierin een twijfelachtige rol: de gemeente aarzelt tussen handhaven en legaliseren, draait dwangsommen terug en heeft zelfs een intentieverklaring ondertekend waarin de gemeente zichzelf verplicht zich maximaal in te spannen om de benodigde vergunningen te verlenen aan Duck-To.
Ondanks deze opeenstapeling van wantoestanden vindt de provincie Gelderland het nog te vroeg voor indeplaatsstelling van de gemeente Ermelo. Wel gaat de provincie de interventieladder uit het Algemeen kader indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing volgen en met ambtenaren van de gemeente in gesprek om informatie te verzamelen.[6]

In verband hiermee stellen wij u de volgende vragen:

Stikstof en slapende vergunningen

  1. Heeft de Zembla-aflevering “De Pekingeenden van Gelderland” u nieuwe inzichten opgeleverd? Zo ja, welke?

    Antwoord:
    Nee. Voor de uitzending van de Zembla-aflevering waren wij intern ook al bezig met het thema latente ruimte in vergunningen.
  2. Hoe kan het dat de provincie niet exact in beeld heeft welke eendenhouderijen in Gelderland zijn gestopt en een slapende natuurvergunning hebben?

    Antwoord:
    Wij hebben op dit moment nog geen overzicht van alle bedrijven in de provincie en de vergunningen die daaraan zijn verleend en wij hebben geen algemeen overzicht op welke wijze veehouders gebruik maken van deze vergunning. Vergunninghouders zijn niet verplicht om ons te melden als zij gestopt zijn met hun bedrijfsactiviteiten.
  3. Waarom heeft de provincie niet, net zoals Zembla, een belrondje langs de Gelderse eendenhouderijen gemaakt om het aantal slapende vergunningen in beeld te krijgen?

    Antwoord:
    Zoals in de beantwoording van vraag 1 al aangegeven, zijn wij intern al bezig met het opstellen van beleid rondom latente ruimte, waarin een andere aanpak zal worden toegepast. Daarnaast is dit niet onze manier van toezicht houden, omdat dit niet voldoende informatie geeft om toezicht te kunnen houden. Het uitvoeren van toezicht omvat meer dan het doen van een belronde langs de Gelderse eendenhouderijen. Het uitvoeren van toezicht omvat onder meer het in beeld brengen van de referentiesituatie, veelal (meerdere) fysieke controle(s) en het bieden van inspraakmogelijkheden. Informatie die achterhaald kan worden aan de hand van een belronde is onvoldoende om, ingrijpende, instrumenten zoals handhaving of het intrekken van vergunningen in te zetten. Wij vinden het noodzakelijk dat de inzet van deze instrumenten met zorgvuldigheid geschiedt.
  4. Waarom is het lastig om slapende vergunningen in te trekken? En is het intrekken van slapende vergunningen net zo lastig als het intrekken van latente stikstofruimte? Graag een toelichting.

    Antwoord:
    Om een natuurvergunning ambtshalve in te trekken is een belangenafweging nodig en bewijs dat de natuurvergunning daadwerkelijk niet meer in gebruik is en er ook geen plannen zijn om deze weer in gebruik te nemen. Een vergunning maakt deel uit van het bestaansrecht van een bedrijf. Het intrekken daarvan kan grote gevolgen hebben als er niet voldoende is onderzocht en bewezen dat deze vergunning daadwerkelijk niet meer in gebruik is en in gebruik genomen zal worden. Het intrekken van latente ruimte valt ook onder het intrekken van slapende vergunningen.
  5. Interpreteren wij de reactie van gedeputeerde Mol, in de uitzending, goed als we daaruit opmaken dat uw college bezig is een intrekkingsbeleid voor slapende vergunningen op te stellen? Zo ja, hoe ver bent u daarmee?

    Antwoord:
    Ja, dat interpreteert u goed. We zijn momenteel bezig om het toekomstige beleid vorm te geven. De planning is wij dit voor de zomer behandelen en vervolgens uw Staten informeren (zoals door de portefeuillehouder is aangegeven in Statenvergadering van 6 maart 2024).
  6. Indien ‘nee’ op voorgaande vraag: wat bedoelde gedeputeerde Mol dan met “Wij willen weten (…) welke vergunningen zijn ooit verleend en niet meer actief. Daar zijn we wel mee bezig om dat verder uit te zoeken” en “Je wil wel voorkomen (…) dat die ruimte opnieuw op papier wordt gecreëerd om in te zetten. En dat is niet het gene wat wij beogen”?

    Antwoord:
    Zie het antwoord op vraag 5.
  7. Wat bedoelt de gedeputeerde met haar uitspraak dat je “meteen actie moet ondernemen bij de stopzetting van een bedrijf”?

    Antwoord:
    Wij willen sneller kunnen handelen wanneer een bedrijf stopt om te voorkomen dat mogelijke latente ruimte opnieuw wordt benut. Bijvoorbeeld als een bedrijf stopt en de milieuvergunning en/of het bestemmingsplan wordt aangepast ook de natuurvergunning aan te passen/ in te trekken.
  8. Bent u ervan op de hoogte dat de provincie Brabant momenteel beleid maakt voor het intrekken van latente (stikstof)ruimte? Zo ja, in hoeverre gebruikt de provincie Gelderland de Brabantse plannen als input om zelf aan intrekkingsbeleid te werken?

    Antwoord:
    Wij overleggen regelmatige met andere provincies en informeren elkaar over beleid. We maken gebruik van elkaars ervaring en expertise om vervolgens passend binnen de eigen provincie (en altijd in overeenstemming met geldende regels) beleid te formuleren.
  9. Zijn we al in de situatie beland dat het intrekken van vergunningsruimte de enige passende maatregel is om verdere verslechtering van de natuur tegen te gaan?[7] Zo nee, welke effectieve en bewezen bronmaatregelen neemt de provincie momenteel om binnen afzienbare tijd een noodzakelijke daling van de stikstofdepositie te realiseren?

    Antwoord:
    Nee, het intrekken van vergunningsruimte is niet de enige passende maatregel om verdere verslechtering van de natuur tegen te gaan. Voor sommige gebieden en habitattypen geldt wel dat er nog niet voldoende effectieve bronmaatregelen genomen worden die binnen afzienbare tijd een noodzakelijke daling van stikstofdepositie realiseren. U zult in mei van dit jaar worden geïnformeerd over de voortgang van de Gelderse Maatregelen Stikstof (GMS). Daarnaast werken wij in samenwerking met het Rijk aan bronmaatregelen die onderdeel zullen zijn van het gebiedsprogramma voor Gelderland onder het Nationaal Programma Landelijk Gebied van het Rijk.
  10. Wat bedoelde gedeputeerde Mol tijdens de Statenvergadering van 6 maart 2024 met haar antwoord op een vraag van de Partij voor de Dieren dat “het niet onze bedoeling is om actief vergunningen in te trekken”?[8]

    Antwoord:
    Het is niet de bedoeling om actief vergunningen in te trekken welke nog in gebruik zijn. Slapende vergunningen willen we wel actief intrekken. Daar wordt momenteel beleid voor opgesteld.
  11. Gaat de provincie de slapende vergunningen van de eendenhouderijen ambtshalve intrekken of wacht zij de intrekkingsverzoeken van Stichting MOB af? En laat de provincie het vervolgens aankomen op een rechterlijke uitspraak?

    Antwoord:
    Wij willen ons niet laten leiden door intrekkingsverzoeken van derden, maar hebben er ook geen invloed op wanneer deze worden ingediend en wij hier een besluit op moeten nemen. Wij zijn voornemens beleid op te stellen voor het intrekken van slapende vergunningen en zullen hier dan mee aan de slag gaan.
  12. Was de provincie ervan op de hoogte dat een Gelderse eendenhouderij haar stikstofruimte heeft doorverkocht aan de Schiphol Group? Zo ja, is de vergunning van de betreffende eendenhouderij ingetrokken?

    Antwoord:
    Ja, er is namens het bedrijf een intrekkingsverzoek ingediend. Nee, er is nog geen besluit genomen op dit intrekkingsverzoek.
  13. Mocht de provincie de slapende vergunningen van de gestopte eendenhouderijen intrekken, kunnen de betreffende eendenhouderijen dan nog steeds de markt op om hun stikstofruimte te verkopen? Zo ja, hoe zou de provincie dit kunnen voorkomen?

    Antwoord:
    Nee. Als een vergunning is ingetrokken is de stikstofruimte die aan de vergunde activiteit was verbonden ook niet meer beschikbaar (stikstofruimte is alleen met een vergunning als ‘drager’ aan een ander over te dragen, het bestaat niet zelfstandig).
  14. Is de Duck-To Farm in Ermelo, die jaarlijks 10.800 kilo ammoniak uitstoot, een piekbelaster? Zo ja, heeft deze Farm zich al aangemeld voor een landelijke beëindigingsregeling of andere (provinciale) regeling? Zo nee, voert de provincie gesprekken met dit bedrijf?

    Antwoord:
    De vestiging van Duck-To Farm aan de Harderwijkerweg in Ermelo betreft inderdaad een piekbelaster. Het bedrijf heeft zich niet aangemeld voor een landelijke beëindigingsregeling of andere (provinciale) regeling. Wij zijn hierover ook niet in gesprek met dit bedrijf.
  15. Zijn of worden er Gelderse eendenbedrijven betrokken bij (toekomstige) gebiedsprocessen met het oog op natuurverbetering en verbetering van de leefbaarheid in het landelijk gebied? Zo nee, waarom niet?

    Antwoord:
    Als er eendenhouderijen liggen in gebieden waar gebiedsprocessen zijn gepland, dan worden deze bedrijven, net zoals andere bedrijven betrokken bij deze gebiedsprocessen.
  16. Waarom is de provincie Gelderland niet handhavend opgetreden tegen de eendenboerderij van Duck-To in Hierden die stelselmatig te veel eenden hield en daarmee de Wet Natuurbescherming heeft overtreden?

    Antwoord:
    Zoals eerder toegelicht hechten wij grote waarde aan het feit dat instrumenten zoals handhaving ingezet worden met de nodige zorgvuldigheid, om die reden is het noodzaak de feitelijke situatie in kaart te brengen.
    In 2023 zijn wij gestart met het in kaart brengen van de feitelijke situatie rondom de eendenboerderij van Duck-To te Hierden. Dit hebben wij gedaan door middel van fysieke controles, het in kaart brengen van de bestaande toestemmingen en het opvragen van gegevens van derden.
    Recentelijk heeft het bedrijf ons gewezen op informatie waaruit blijkt dat geen sprake is van een overtreding van de Wet natuurbescherming. Gelet op het ontbreken van een overtreding zullen wij afzien van handhavend optreden. Voor de eventuele overige handhavingstrajecten is niet GS maar het college van B&W Harderwijk bevoegd.

    Dierenleed
  17. Vindt u dat de Gelderse eendenhouderij een dierwaardige sector is waarop Gelderland trots kan zijn?

    Antwoord:
    Wij zijn trots op onze boeren en tuinders. Gelderse boeren en tuinders zijn belangrijk voor de productie van ons voedsel, voor de economie en voor de leefbaarheid op het platteland. Dat geldt dus ook voor de eendenhouderij. Hierbij gaan wij er vanuit dat elke boer en tuinder zich houdt aan de wet. Voor welzijnseisen van dieren moet de ondernemer zich houden aan de Wet dieren. De NVWA houdt hier toezicht op.
  18. Bent u het met Bas Rodenburg, hoogleraar Dierenwelzijn aan de UU, eens dat er in de Gelderse eendenhouderij nog veel stappen kunnen worden gemaakt op het gebied van dierenwelzijn?

    Antwoord:
    Wij nemen kennis van dit standpunt. We zijn op de hoogte van het advies van de Raad voor Dierenaangelegenheden over de zes leidende principes dierwaardige veehouderij, dat is afgegeven voor de aanpassing van de Wet Dieren. Gelderse eendenhouders kunnen binnen deze context zonodig stappen ondernemen. Wij zijn daarin geen bevoegd gezag. Wel geven wij in onze omgevingsverordening met ons Plussenbeleid en met het geitenmoratorium ruimte aan dierwelzijn.
  19. Wat vond u van de opnames van Zembla bij de eendenbedrijven in het Verenigd Koninkrijk? Zouden deze volgens u als inspirerend voorbeeld kunnen dienen voor een meer dierwaardige eendenhouderij in Gelderland?

    Antwoord:
    Wij zijn blij met ondernemende boeren en tuinders, die onderzoeken hoe hun bedrijfsvoering verduurzaamd kan worden, ook als het gaat om dierwaardigheid. Dit steunen wij met regelingen zoals Innovatie Agrifood of Innovatieve Concepten. Het is niet aan ons, maar aan de sector om op dat gebied onderzoek te doen en initiatieven voor te stellen. Wij moedigen boeren en tuinders aan om inspiratie op te doen bij praktijkvoorbeelden elders. Het delen van kennis van innovaties is vaak een voorwaarde voor provinciale steun.
  20. Welke meekoppelkansen ziet u voor een meer dierwaardige eendensector in het kader van het VLGG?

    Antwoord:
    In het NPLG wordt kaderstelling dierwaardige veehouderij gezien als één van de meekoppelkansen bij de provinciale PPLG’s. Hiervoor worden geen financiële middelen beschikbaar gesteld vanuit het rijk. Wij hebben geen plannen om in ons VLGG aanvullende provinciale kaders te stellen. Dit betekent niet, dat we een dierwaardige veehouderij niet belangrijk vinden. Zoals bij antwoorden op de vragen 18 en 19 aangegeven, ondersteunen wij het dierwaardig inrichten van bedrijven en geven wij hiervoor ruimte. Het is belangrijk om op bedrijfsniveau te kijken welke inspanningen gepleegd kunnen worden, ook straks bij uitvoering van het VLGG. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat huisvesting van dieren met een vrije uitloop op gespannen voet staat met de gewenste emissiereductie.

    Sleutelrol van eendenslachterij Duck-To
  21. Kunt u ons een update geven van het verloop van de gesprekken tussen de provincie Gelderland en ambtenaren van de gemeente Ermelo in het kader van de interventieladder uit het Algemeen kader indeplaatsstelling bij taakverwaarlozing? Zo nee, wanneer verwacht u PS over deze gesprekken te kunnen informeren?

    Antwoord:
    Wij zijn inmiddels gestart met het IBT-onderzoek. Wij zullen uw Staten informeren als het onderzoek is afgerond.
  22. Heeft de reportage van Zembla u tot andere inzichten gebracht wat betreft een eventuele indeplaatsstelling van de gemeente Ermelo? Gaag een toelichting.

    Antwoord:
    Nee. Wij onderzoeken zelf het handelen van de gemeente rond het bedrijf Tomassen Duck-to.
  23. Hoe lang kan de gemeente Ermelo volgens u nog doorgaan met Duck-To de hand boven het hoofd te houden?

    Antwoord:
    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo heeft een last onder dwangsom opgelegd vanwege de illegale situatie bij het bedrijf. Daar staat tegenover dat de gemeente ook verplicht is te onderzoeken of de situatie bij het bedrijf kan worden gelegaliseerd. De gemeente Ermelo moet als het bevoegd gezag de vergunningaanvraag van het bedrijf beoordelen.
  24. Kunt u lopende het onderzoek van de provincie Gelderland naar de gang van zaken rondom Tomassen Duck-to voorkomen dat de gemeente Ermelo besluiten neemt aangaande de eendenslachterij, waaronder vergunningen? Zo ja, bent u bereid dat te doen?

    Antwoord:
    Nee.

[1] https://npo.nl/start/serie/zembla/seizoen-2024/zembla_102/afspelen

[2] Uit de Zembla-uitzending blijkt dat In totaal voor 129.000 kilo aan stikstofemissie is vergund aan de Gelderse eendensector.

[3] https://www.animalrights.nl/stop-de-slacht/eenden

[4] https://www.ad.nl/harderwijk/animal-rights-eist-strafvervolging-na-overtredingen-op-eendenboerderij-in-hierden~a1efab04/

[5] https://gelderland.partijvoordedieren.nl/nieuws/eendenslachterij-duck-to-in-ermelo-hel-voor-dieren-en-tikkende-tijdbom

[6] https://www.gelderland.nl/nieuws/provincie-neemt-taken-ermelo-niet-over-gaat-wel-onderzoeken

[7] https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@124083/201907146-1-r2/

[8] https://gelderland.notubiz.nl/vergadering/1161922 - 10:12:50

Danielle van de Weerd (Partij voor de Dieren)

Carla Claassen (SP)